Van griep en noodgrepen

Het zit even niet mee voor het eerste team, maar dat zal zeker niet zo blijven. Alleen was het op 7 februari niet de gelukkigste dag voor de vijfde wedstrijd in de KNSB-competitie. Nadat de oproep aan de spelers was verstuurd, kwam al snel de melding dat één van de basisspelers niet fit was om mee te doen en werd Jan Willem bereid gevonden om andermaal in te vallen. Niet veel later kwam de afmelding van een tweede speler en moest er verder gezocht gaan worden. Hoewel grieperig, was Ton bereid om in het uiterste geval mee te gaan. De andere spelers van het tweede werden gepolst, maar vielen één voor één af (andere verplichtingen, vakantie in Italië). Alleen Karl was nog beschikbaar, maar was terughoudend, met ook op vrijdag nog een partij in het HSB PK Senioren. Ton voelde zich iets beter op donderdag en stemde in met deelname, mede omdat hij met Peter mee kon reizen. Het team was rond.

Niet dus. Op de dag voor de wedstrijd haakte Hans af: koortsig van zijn werk vertrokken, dook hij snel onder de wol. Het volgende griepslachtoffer. En zo kwam Karl toch als allerlaatste invaller naar Sliedrecht.

We waren allemaal mooi op tijd in de speelzaal, waar het ontvangende team ook binnendruppelde. Zij hadden hun basisteam beschikbaar en de hoop was dat mijn tactisch geschuif in de opstelling voor compensatie zou gaan zorgen.

Eén van de aardige dingen van het hebben van Peter in het team is, dat hij bijna altijd wel een bekende tegenkomt. Deze keer was hij al snel in gesprek met een oude schoolkameraad, die puur toevallig ook nog eens tegenover hem plaats nam. De partij werd remise, maar dat was geenszins voor de vorm. Er werd stevig gestreden, tot Peter aangaf met remise genoegen te moeten nemen. De stand op de andere borden gaf geen aanleiding om er niet op in te gaan en zo werd de enige puntendeling een feit. Analyse wees vervolgens uit dat het een verstandig besluit was geweest. De tegenstander stond iets beter.

Ton kwam beter uit de opening in een rustige stelling, maar verloor daarna langzaam de controle en ineens stonden we achter. De griep had gewonnen. De anderen moesten gaan zorgen voor de punten. Karl had de rol van bliksemafleider en kon vrijuit spelen. Ik had hem vooraf ingefluisterd dat het soms kan helpen als je goed uit de opening komt om dan remise aan te bieden. De witspeler trapte er deze keer niet in. Op het bord ernaast had Stijn in een complexe stelling meer ruimte tegen reuzendoder Wim Pool, die zowel in de externe als de interne competitie zeer succesvol is en de ene overwinning na de andere behaalt. Bij Twan ging het vrij gelijk op, maar had hij nog wel enkele dreigingen te neutraliseren.

Jan Willem speelde een prima partij en had minstens gelijkspel. Daar dus ook geen problemen in het verschiet. Tjomme moest ook deze keer weer secuur spelen om gelijk te komen, maar het zag er naar uit dat hij dit wel zou gaan bewerkstelligen. Het kostte alleen wel een boel tijd. Dat laatste gebeurde bij Sander nu eens niet. Hij voelde zich als een vis in het water in de opening en stond prima, zij het gelijk.

En zo kabbelde de wedstrijd een hele tijd door; stukken werden geruild, lijnen geopend en aan alle borden verplaatste het spel zich in de richting van het eindspel. Het ging daarna ineens snel. Sander kreeg, naar eigen zeggen, van zijn tegenstander alle gelegenheid om een aanval op te zetten en wikkelde af naar winst. Een kort overleg met mijn Sliedrechtse tegenhanger leverde het inzicht op dat we hetzelfde dachten: 4-4.

Te vroeg gedacht, want ineens kwam er een eind aan de partij van Stijn. Hij had het ergens niet goed gedaan en was in een verloren stelling terechtgekomen. Een duur, en niet ingecalculeerd, verlies. Het duurde niet lang of de volgende tegenvaller diende zich aan. Tjomme won een toren, dreigde mat in twee, maar de witspeler kon met zijn dame eeuwig schaak afdwingen. Tjomme was in vliegende tijdnood gekomen en gebruikte meer dan de 30 seconden die hij er per zet bijkreeg. In potremisestelling ging hij door de vlag.

Karl had het nog heel lang volgehouden en een fraaie partij gespeeld, maar het niveauverschil brak hem tenslotte toch op en daarmee was de wedstrijd ten einde. Jan Willem had een eindspel bereikt, waarin de afruil van torens niet vermeden kon worden en zo restte een lopereindspel met elk zes pionnen. Met de lopers op dezelfde kleur werd het een getouwtrek om het initiatief en de controle over de stelling. Zwart had daar net iets betere mogelijkheden voor, aangezien al zijn pionnen al op de andere kleur stonden. Er volgde een leerzaam stukje schaak met als resultaat een nul voor onze man.

De enige die toen nog bezig was, was Twan. Nadat Stijn verloren had en we nog niet zonder meer verloren hadden, had ik hem de opdracht gegeven te winnen en daar had hij zich met zijn gebruikelijke concentratie op ingezet. Hoewel vermoeid, bleef hij de beste zetten zoeken en bereikte een eindspel met paard en vijf pionnen tegen loper en vier pionnen. Het wachten was op het moment dat de stukken van het bord gingen. Dat gebeurde en het pionneneindspel liet zijn tegenstander zich niet meer bewijzen.

Ondanks deze tweede verlieswedstrijd smaakte de Italiaanse maaltijd bij Il Mago uitstekend. Alleen Sander (gaat vrijwel altijd direct naar huis) en Tjomme (had niet meer zo’n zin in gezelligheid na zijn verlies) waren er niet bij.

De volgende dag werd ik wakker... met griep.

 

Sliedrecht 12026SHTV 11956
1Wim Pool2014Stijn Gieben208510
2Peter van den Bergh2143Karl Baak185610
3Niels Mijnster2098Jan Willem le Grand188810
4Bert van de Donk2127Twan van der Togt204301
5Theo Dekker2015Sander Pauw192901
6Wim Hokken1930Tjomme Klop203510
7Kees Wessels1938Peter Vorstermans1914½½
8Hans Klein1945Ton Bodaan189510