Kranige jongelui

Patjepejer's picture

Op maandag 28 oktober troffen we Messemaker 1847 in de eerste ronde van de KNSB-beker. We verzamelden bij de Bosbeskapel en reden met één auto naar Gouda. Onderweg stelden we de opstelling vast. De tegenstander was waarschijnlijk erg sterk en we verwachtten dat ze op volgorde van rating zouden zitten. Wij waren onderling ongeveer even sterk en de vraag was wie zin had in een heel sterke tegenstander. Thomas en Hubert zagen het wel zitten dus die gingen op bord 1 en 2. Ik en Jesper namen de staart voor onze rekening. De sfeer zat er goed in.

Het is natuurlijk wel leuk voor zo’n belegen figuur als ik om op pad te zijn met drie van die gasten, die tezamen nauwelijks ouder zijn dan ik. Thomas merkte later terecht op dat we sterke opkomende jeugd hebben, meerdere spelers die tegen de 2000 elo aanzitten, met potentie richting 2100.

In Gouda bleek dat Messemaker in de sterkst denkbare opstelling was opgekomen, inderdaad op volgorde van rating. Bij de loting hoopten we op wit aan bord 2 en 4, maar het was omgekeerd. Dit had wel tot gevolg dat ik de enige opening die ik voor deze wedstrijd bekeken had op het bord kreeg: de Winawer. Als ik het niet recent bestudeerd had dan was het nog maar de vraag geweest of ik “all-in” was gegaan, dat wil zeggen het gambiet aannemen. Zelfs met voorbereiding mag je er vanuit gaan dat je tegenstander de stellingtypen beter kent. Ik heb ook regelmatig de deksel op de neus gekregen als ik mij inliet met deze hysterische variant.

Thomas trof aan het topbord IM Peter Scheeren, die begin jaren 80 nog podiumplaatsen behaalde op het Nederlands Kampioenschap. Na een pauze van 20 jaar pakte hij in 2004 het schaken weer op bij Messemaker. Thomas met wit zette de partij onverschrokken op. Een te vroeg opspelen van de e-pion naar e5 werd niet afgestraft door zwart en Thomas kreeg een voordelige stelling (ongeveer +2.00 volgens de engine). Het had wel wat tijd gekost, terwijl Scheeren vrij vlot speelde. Het voordeel van Thomas vervloog en de tegenstander wist te counteren. Toch was Thomas een heel eind gekomen, ondanks het gigantische ratingverschil. Dat gaf moed.

Hubert verdedigde lang uitstekend met zwart en had zicht op gelijkspel. In het verre middenspel kwam er een paardoffer op de koningsstelling van Hubert. Ik dacht dat het niet goed was, maar op de een of andere manier sloeg die aanval toch door en zwart werd matgezet. De tegenstander gaf naderhand aan het niet uitgerekend te hebben, het was echt een offer op gevoel.

Jesper liep met zwart al snel achter de feiten aan. Hij kreeg een geïsoleerde pion op de d-lijn, die vroeg of laat zou vallen. Hij was echter creatief in het tegenspel, zodat hij een pion zou terugwinnen nadat zijn d-pion gevallen was. De tegenstander was geduldig en verbeterde eerst zijn stelling, maar Jesper zette zijn torens zo actief mogelijk. Wat restte was een enkel toreneindspel met een pion meer voor wit. Dit werden er later zelfs twee meer, maar het waren wel twee randpionnen. En Jesper hield dit keurig remise!

 


[FEN "8/R7/4pkp1/P6p/r6P/5PK1/6P1/8 b - - 0 48"]

[White "Hennink, Erik (2093)"]

[Black "Kool, Jesper (1980)"]

[Result "1/2-1/2"]

48… e5 {Ik denk dat deze stelling al remise is, maar de engine geeft +4.50 voor wit. Als je dan naar zijn variant kijkt zie je 40 ply diep geschuif, waarmee wit 2 pionnen voor staat, maar niet concreet verder komt. Als we 6 stukken over hebben gaan we eens kijken in de endgame tablebase.} 49. Ra8 Kg7 {Jesper zet zijn koning alvast op de veilige plek.} 50. a6 Kf7 51. Kf2 Kg7 52. a7 Kh7! {Na 52... Kf7? wint 53. Rh8! Rxa7 54. Rh7+} 53. Ke3 Kg7 54. Kd3 Kh7 55. Kc3 Kg7 56. Kb3 Ra1 57. Kc4 Ra2 58. Kd5 Ra5+ 59. Ke6 Ra6+ {Na 59... Kh7 60. Kf6 komt zwart in dezelfde tempodwang.} 60. Kxe5 Ra5+ {De pionwinst zag de engine ook, maar hoe moet wit nu verder? Hij krijgt nog steeds zo'n +4.50.} 61. Kd6 Ra6+ 62. Ke5 Ra5+ 63. Kf4 Ra4+ 64. Kg3 Ra3 65. Kh3 Kh7 66. Kh2 Ra2 67. Kg3 Kg7 68. Kf4 Ra4+ 69. Ke5 Ra5+ 70. Kd6 Ra6+ 71. Kc5 Ra1 {Goed. Niet 71... Ra5+? 72. Kb6 en de witte toren komt los en wit wint.} 72. g4 {Tijd om uit een ander vaatje te gaan tappen.} 72... hxg4 {De doorbraak 72... g5 werkt niet. Na 73. hxg5 h4 74. Kd4 h3 75. Rb8 h2 76. a8D Rxa8 77. Rb1 haalt wit de zwarte pion op en houdt minstens twee verbonden vrijpionnen over.} 73. fxg4 Rc1+ 74. Kd6 Rd1+ 75. Ke5 Re1+ 76. Kf4 Rf1+ 77. Kg5 Ra1 78. h5 Ra5+ 79. Kf4 gxh5 80. gxh5 {En hier hebben we nog 6 stukken over en we vragen aan de endgame tablebase wat de absolute waarheid is: potremise, precies zoals Jesper het doet. De engine heeft al nattigheid gevoeld, maar geeft nog altijd +2.10.} 80... Ra4+ 81. Ke3 Ra3+ 82. Kd4 Ra4+ 83. Kc5 Ra1 {Jesper had op zet 71 al bewezen dat hij de fout 83... Ra5+? 84. Kb6 niet zou maken.} 84. h6+ Kh7! {Mooi toch. Wit bood remise aan.} *

Daarmee was wel het doek gevallen en had het voor mij geen zin om alles te gokken op winst. Een dergelijke kans deed zich overigens niet eens voor: ik was inmiddels aan het vechten voor remise. Aan het einde van de opening had ik een kans op groot voordeel gemist, maar daarna was het gelijk op blijven gaan. Op het eind kreeg mijn tegenstander een kans op winst. Hij moest daarvoor, slechts leunend op een increment van 10 seconden per zet, een stille zet met de dame vinden. De kans werd weggeruild en ik stond met vier pionnen tegen een loper en een pion en we hadden allebei nog een dame. Ik kon met dameruil de remise forceren, want het was duidelijk dat ik dan de laatste pion van zwart kon afruilen.

Ik vond dat we ons toch wel kranig geweerd hadden en we reden op de terugweg nog even langs een Goudse McDrive.

Messemaker 18472196SHTV19733 - 1
IM Peter Scheeren2345Thomas Alvares19721 - 0
Henk-Jan Evengroen2214Hubert Schoen19431 - 0
Jan Evengroen2133Maarten Stolte1997½ - ½
Erik Hennink2093Jesper Kool1980½ - ½